Regeerakkoord weerspiegelt moeizame verhouding met Moskou

17 oktober 2017 Raam op Rusland  ∝  Het neerschieten van de MH-17 boven rebellengebied in Oost-Oekraïne  verstoort de relatie tussen Nederland en Rusland. Dat is te zien in het regeerakkoord.

In het regeerakkoord van de vier partijen – VVD, D66, CDA en ChristenUnie – die de komende jaren Nederland gaan besturen, valt volgens veel commentatoren moeilijk een coherent programma te ontdekken. De tegenstellingen zijn afgekocht met een ruim begrotingsbeleid, waardoor elke partij haar electoraat iets heeft te bieden. Maar ten aanzien van de relatie met Rusland is er wel een lijn te zien: boosheid over de MH17 en maatregelen tegen mogelijke inmenging en afhankelijkheid van Moskou.

Door het neerhalen van de MH17 boven het rebellengebied in Oost-Oekraïne zijn de betrekkingen tussen Nederland en Rusland verstoord. Men doet wederzijds zijn best om beleefd te blijven, maar dit kan niet verhullen dat het diplomatiek, politiek, economisch en cultureel verkeer tussen Nederland en Rusland stroef verloopt. Stroever dan dat van andere EU-landen.

Ferm maar machteloos

Nederland blijft erop hameren dat de daders van het neerschieten van het passagiersvliegtuig moeten worden opgespoord, uitgeleverd en vervolgens in Nederland berecht. Dat de verantwoordelijken in Rusland en het Oost-Oekraïense rebellengebied gezocht moeten worden, staat voor het internationaal onderzoeksteam JIT als een paal boven water. De Nederlandse onderzoeksleider, officier van justitie Fred Westerbeke, denkt dat het bewijs tegen met naam en toenaam bekende verdachten binnen afzienbare tijd – hij spreekt over een paar maanden tot een jaar – rond is.

Het internationaal onderzoeksteam presenteerde 4 scenario's, waarvan er één - de BUK-raket - overbleef. Foto OM.nl

Wat gaat Nederland doen als Rusland weigert om de verdachten op te sporen en in Nederland te laten berechten? Het regeerakkoord zegt er ‘alles’ aan te doen om de daders te berechten en stelt ‘diplomatieke actie’ in het vooruitzicht tegen ‘landen die geen volledige medewerking verlenen’. Dat klinkt ferm, maar ook tamelijk machteloos. ‘Diplomatieke actie’ betekent op z’n ergst de Nederlandse ambassadeur terughalen en/of zijn Russische evenknie uitwijzen. Dit zal de betrekkingen ongetwijfeld verder verpesten, maar scherpere sancties liggen kennelijk niet direct in het verschiet.

Einde van het 'vredesdividend'

Nederland gaat meer uitgeven aan defensie: 1,5 miljard euro extra per jaar. Dat is een breuk met de trend sinds het einde van de Koude Oorlog, toen besloten werd om als ‘vredesdividend’ de krijgsmacht in te krimpen. En ingekrompen is zij. Van de 200 gevechtsvliegtuigen in 1991 zijn er 63 over. In plaats van 900 tanks bezit Nederland nu geen enkele; wij ‘leasen’ 18 stuks van de Duitsers. Beschikte Nederland in 1991 nog over 100.000 militairen, tegenwoordig zijn dat er 40.000.

Met 1,5 miljard per jaar wordt de sterkte van de krijgsmacht niet hersteld. Het is zelfs bij lange na niet genoeg om te voldoen aan de 2 procent van het budget die de NAVO van de leden verlangt. Pas als Nederland 6 miljard euro extra, vier keer zoveel, zou spenderen, zou president Trump zich op de borst kunnen slaan dat zijn gefoeter over Europese wanbetaling het gewenste resultaat had opgeleverd. De 1,5 miljard zullen gebruikt worden om weer enigszins orde op zaken te stellen bij de verwaarloosde krijgsmacht. Daarnaast gaat er geld naar cyberbeveiliging, teneinde zich tegen de moderne vorm van oorlogsvoering te kunnen verdedigen.

De verhoging van het defensiebudget mag relatief bescheiden zijn en niet uitdrukkelijk bedoeld om zich tegen Rusland te wapenen, het markeert dat het vredesdividend is uitgeput en er een nieuwe periode is aangebroken.

Minder gas

Nederland is de afgelopen jaren meer Noors en Russisch aardgas gaan importeren. Dit was nodig om de daling van de omstreden gaswinning uit Groningen te compenseren. Tussen 2010 en 2015 verdubbelde de invoer uit Rusland tot 8 miljard kubieke meter, bijna een kwart van het totale gebruik in Nederland.

De partijen van het regeerakkoord willen de afhankelijkheid van gas verkleinen. Daarvoor zijn natuurlijk meer redenen dan geopolitieke: de Nederlandse voorraden zijn naar schatting over 12 jaar uitgeput, de gaswinning uit het Groningse veld moet snel verminderen en het milieu vraagt om schone energiebronnen. De regering is van plan om vanaf 2021 nieuwe woningen niet meer met aardgas te laten verwarmen en oude woningen met een tempo van 30 tot 50.000 per jaar gasvrij te maken.

Over de realisering van de transitie naar schone energie, zijn de commentaren echter sceptisch: er wordt te weinig geld uitgetrokken om de beloofde resultaten te boeken. Of Rusland de Nederlandse koerswending zal merken, is maar de vraag: voorlopig neemt de behoefte aan gasimport nog toe en blijft Nederland participeren in NordStream II. Als deze pijplijn, een tweeling van NordStream I, eenmaal in gebruik is, zal Rusland meer gas naar Europa kunnen exporteren. Nederland hoopt daarvan te profiteren door als ‘gasrotonde’ te fungeren. Hooguit kun je zeggen dat Nederland ernaar streeft minder aan het gas- en olie-infuus te liggen en daardoor op de lange duur minder afhankelijk van Rusland te worden.

Referendum

Het meest verrassende punt, waar het om de verhouding met Rusland gaat, is het afschaffen van het raadgevend referendum. Het eerste referendum onder deze wet werd gehouden in april 2016 en betrof het Associatieverdrag van de EU met Oekraïne. Nederland raakte in een lastige positie doordat de EU als geheel een verdrag had gesloten dat Nederland als enige ten gevolge van het referendum niet ratificeerde. Tijdens de campagne voor het referendum bleek dat Nederland kwetsbaar werd voor buitenlandse beïnvloeding. Rusland had er belang bij dat de argumenten tegen het Associatieverdrag luid en overtuigend klonken.

Dat Rusland daadwerkelijk veel heeft ondernomen om de publieke opinie te beïnvloeden, is niet aangetoond, maar het gevaar was zeker niet denkbeeldig. Hetzelfde jaar waren Russische hackers en ‘trollen’ op sociale media actief om in de Amerikaanse verkiezingen te roeren. Voor Rusland kunnen populistische, anti-establishment, anti-EU groepen in Nederland aantrekkelijke bondgenoten zijn bij het verwezenlijken van politieke doelen.

De partijen van het regeerakkoord hadden ervoor kunnen kiezen de referendumwet zodanig aan te passen, dat internationale verdragen niet referendabel meer zouden zijn. Maar ze besloten tot een volledige afschaffing van de volksraadpleging, omdat ze het populisme de pas af willen snijden. Of dat ze zal lukken, is overigens maar de vraag. Er is al een referendum aangekondigd over de afschaffing van het referendum.

Gayropa

Demonstratie voor homorechten terwijl Poetin op steenworp afstand vergadert met Rutte, Amsterdam 2013

Ten slotte is er nóg een paragraaf die de verhouding met Rusland danig kan verstoren. Dat is de passage waarin Nederland zich voorneemt om het in het buitenland actief op te nemen voor ‘kwetsbare groepen zoals christenen en LHBTI’s’. Daarvoor zal meer geld worden uitgetrokken. Zoals bekend moet Rusland niets hebben van tolerantie jegens seksuele minderheden. ‘Gayropa’ is in Rusland Europa’s spottende bijnaam. Bemoeienis met het Russische LHBTI-beleid zal grote ergernis opwekken en de conservatieve moraal, die Moskou uitdraagt, gesteund door een grote meerderheid van de bevolking, waarschijnlijk alleen maar versterken