Opwaaiende toga’s laat zien hoe het er in de dagelijkse praktijk van het strafrecht aan toe gaat. Samen met Jelle van der Meer bivakkeerde ik een klein jaar op de rechtbank Haarlem, een unieke kans om het strafrechtbedrijf van nabij te observeren.
Wij zijn journalisten, geen juristen en hebben dus met de ogen van een buitenstaander, van een leek, ons de gang van zaken laten uitleggen. Over strafzaken wordt voortdurend op radio, tv en in kranten bericht. Maar hoe gaat het er nu echt aan toe bij de rechtbank en het Openbaar Ministerie? Wat merken ze daar van de toegenomen kritische belangstelling van publiek, pers en politiek en hoe beïnvloedt dat hun werk?
Met die vragen in het achterhoofd liepen wij mee met rechters, officieren en advocaten. Wij volgden zaken van een Nederlands-Marokkaans straatschoffie en een liquidatie in het criminele circuit. We zagen hoe een verwarde verslaafde verdwaalde in het strafrecht: telkens nieuwe rechters bogen zich over de zaak, terwijl de man in kwestie aan hulp en straf ontsnapte.
Wij woonden het wekelijkse overleg van officieren bij en kregen een idee hoe de hoogte van een strafeis en straf tot stand komt. Op Schiphol maakten we de berechting van drugskoeriers mee, lopende band-werk, waarbij de kleine 'pakezels' achter de tralies belanden en de grote criminelen buiten schot blijven. Met rechters, officieren en advocaten bespraken we hun zaken voor en na afloop van de zitting.
Wij kregen een beeld van de problemen en haperingen in het systeem. We kregen inzicht in het werken en denken van rechters en officieren, van hun dilemma’s, overwegingen en beslissingen. Opwaaiende toga’s laat zien wat de achtergrond is van de controverses die in het publieke debat spelen, of het nu gaat om de hoogte van de straffen, de rol van het slachtoffer of het toelaten van camera’s in de rechtszaal.